Maandelijks archief: september 2019

Euthanasie op demente vrouw. Vrijspraak?

Twee dagen geleden stonden de kranten er vol mee, de uitspraak van de Rechtbank Den Haag over euthanasie op een demente vrouw. Een greep uit de krantenkoppen:

  • ‘Euthanasie bij demente vrouw was geen moord’
  • ‘Arts vrijgesproken: euthanasie demente vrouw zorgvuldig’
  • ‘Rechter bepaalt: was euthanasie bij demente vrouw moord?’

Een spraakmakende zaak. Het was de eerste keer dat een rechter zich moest buigen over de rol van een arts bij euthanasie op mensen met dementie. Maar, sommige media bleken de uitspraak niet helemaal goed begrepen te hebben. Daarover later meer.

Wat is euthanasie?

Euthanasie betekent dat een arts het leven van een patiënt op zijn of haar verzoek beëindigt. Dit mag alleen bij uitzichtloos en ondraaglijk lijden van de patiënt. De arts gebruikt hiervoor medicijnen. Eerst wordt de patiënt met een slaapmiddel in coma gebracht. Daarna dient de arts een middel toe waardoor de ademhaling stopt. Het hart krijgt dan geen zuurstof meer en stopt na een tijdje met kloppen.

Euthanasie is in beginsel strafbaar, tenzij de arts conform bepaalde zorgvuldigheidseisen heeft gehandeld.

Waar gaat de uitspraak van de Rechtbank Den Haag over?

Op 22 april 2016 had de verdachte, een arts, het leven van een 74-jarige demente vrouw beëindigd. Het Openbaar Ministerie bracht de zaak voor de rechter. De rechtbank moest beoordelen of de vrouw een uitdrukkelijk en ernstig verlangen had om haar leven te laten beëindigen. Als die vraag met “nee” zou worden beantwoord, moest de rechtbank beoordelen of er sprake was van moord. Als die vraag met “ja” zou worden beantwoord, moest de rechtbank nagaan of de arts zorgvuldig had gehandeld.

Wat waren de feiten?

Het betrof een vrouw die in oktober 2012 hoorde dat zij dementie type Alzheimer had. Kort daarop tekende zij een euthanasieverzoek met dementieclausule. In januari 2015 tekende ze een herziene dementieclausule. Hieruit bleek dat zij bij vergevorderde dementie niet in een verpleeghuis wilde worden opgenomen. De euthanasiewens had zij besproken met haar man en dochter, maar o.a. ook met haar huisarts. Haar artsen waren van mening dat zij wilsbekwaam was toen zij de de euthanasieverklaring en dementieclausules tekende.

Een paar maanden daarna ging de vrouw hard achteruit en werd ze opgenomen in een verpleeghuis. De arts in het verpleeghuis hoorde van de echtgenoot van de vrouw dat er een euthanasieverzoek met dementieclausule was. Op dat moment wist de vrouw zelf de betekenis van euthanasie niet meer. Op basis van het eerdere euthanasieverzoek werd onderzocht of het mogelijk was euthanasie te plegen. Dit werd besproken met de huisarts en de naaste familie van de vrouw. Ook werd er overlegd met het behandelteam van het verpleeghuis, de psycholoog van de vrouw en een consulent van het Expertisecentrum Euthanasie. Daarnaast werd de vrouw geobserveerd. De arts had over de toestand van de vrouw ook het oordeel van twee onafhankelijke artsen ingewonnen. Zij oordeelden, na contact met en observatie van de vrouw, dat het euthanasieverzoek aan alle wettelijke eisen voldeed.

De uitspraak van de Rechtbank

De rechtbank stelt in het vonnis dat het Openbaar Ministerie het recht had om de arts te vervolgen. De rechtbank oordeelde dat de arts de actuele stervenswens niet hoefde te verifiëren. De patiënte was diep dement en volledig wilsonbekwaam. Er was dus geen sprake van moord. De arts heeft zich aan alle voorwaarden van de wet gehouden. De arts is daarom ontslagen van alle rechtsvervolging.

Wat is ontslag van rechtsvervolging?

Ontslag van rechtsvervolging is geen vrijspraak, zoals sommige media onterecht hebben bericht. Ontslag van alle rechtsvervolging houdt in dat de rechter van mening is dat het ten laste gelegde strafbare feit wel bewezen is, maar dat er geen veroordeling kan volgen. Kortom, het strafbare feit is wel bewezen, maar er wordt geen straf opgelegd.

Bij een vrijspraak acht de rechter niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde strafbare feit heeft begaan. Kortom, het strafbare feit is niet bewezen.

Voor een verdachte zal het overigens weinig uitmaken of er sprake is van vrijspraak of ontslag van alle rechtsvervolging. De strafvervolging is afgelopen en de verdachte hoeft geen nieuwe vervolging te vrezen.