Regelmatig krijg ik mensen op mijn kantoor, die denken dat een kind van 12 jaar (of ouder) zelf mag kiezen waar het wil wonen. Of dat een kind van 12 jaar (of ouder) zelf mag kiezen hoe vaak het op bezoek wil bij de niet verzorgende ouder. Dit is een hardnekkig misverstand.
Nee! Kinderen van 12 jaar hoeven én mogen niet kiezen!
Vaak wordt kinderen na een echtscheiding verteld dat ze zelf mogen kiezen als ze 12 jaar oud zijn. Dit is erg schadelijk voor een kind! Kinderen van 12 jaar (of ouder) mogen én hoeven niet te kiezen tussen hun ouders. Door een kind het idee te geven dat het mag óf zelfs moet kiezen tussen één van de ouders, kan het kind in een ernstig loyaliteitsconflict terecht komen. Door als ouder je kind het idee te geven dat het moet kiezen, wordt het kind in de strijd tussen de ouders betrokken. Kinderen ontlenen hun identiteit aan beide ouders. Het moeten maken van een keuze, kan een kind daardoor innerlijk verscheuren.
Hoe zit het dan wel?
Kinderen tot 18 jaar zijn minderjarig. Beslissingen over minderjarige kinderen kunnen alleen genomen worden door degenen die het gezag over het kind uitoefenen. Dit kunnen de ouders of een voogd zijn. In de meeste gevallen zijn de ouders belast met het ouderlijk gezag over de kinderen. De ouders bepalen o.a. waar het kind gaat wonen en hoe de omgangsregeling eruit ziet. Komen de ouders daar onderling niet uit? Dan kan de rechter gevraagd worden een beslissing te nemen.
Pas als kinderen meerderjarig worden, mogen zij zelf alle beslissingen nemen. Ze mogen dan o.a. kiezen waar ze willen wonen en hoe vaak ze hun ouders willen bezoeken.
Waar komt het misverstand dat kinderen van 12 jaar (of ouder) zelf mogen kiezen vandaan?
In echtscheidingsprocedures of omgangszaken waar een kind van 12 jaar (of ouder) bij betrokken is, zal de rechter het kind van 12 jaar (of ouder) vragen naar zijn/haar mening. Het kind krijgt een brief van de rechtbank, waarin in staat dat het zijn/haar mening mondeling of schriftelijk mag geven. Indien een kind zijn/haar mening mondeling wil geven, wordt het uitgenodigd voor een zogenaamd kindgesprek. Een rechter zal dan (vaak zonder toga) buiten aanwezigheid van de ouders diverse vragen stellen aan het kind. Daarbij worden algemene vragen gesteld. Bijvoorbeeld over hoe het op school gaat en hoe het contact met de ouders is etc. Als een kind niet naar de rechtbank wil komen, kan hij/zij een brief sturen.
De rechter houdt rekening met de wensen van het kind, maar de mening van het kind is niet doorslaggevend. De rechter beslist en kijkt daarbij naar de belangen van het kind. Hoe ouder een kind, hoe meer de mening van het kind telt.